Woensdag 17
augustus 2016.
Vandaag
staat een bezoek aan Schönbrunn, het Kunsthistorisch Museum en een diner in de
Donauturm op het programma.
Het
Schönbrunn Paleis is het voormalige zomerpaleis van de keizerlijke familie.
Vanaf het moment dat het voltooid was in 1780 tijdens de regeerperiode van
Maria-Theresia was het de favoriete verblijfplaats van de Habsburgse monarchen.
Het Kunsthistorisch
Museum in Wenen is een van de belang-rijkste musea ter wereld voor Europese
schilderkunst. Meer dan anderhalf miljoen mensen bezoeken het jaarlijks. Het
werd in 1891 geopend. In de wandelgangen wordt het vaak ΚΗM genoemd.
De Donauturm
is een uitkijktoren in Wenen. De toren staat in het midden van het Donaupark.
De toren is van 1962 tot 1964 gebouwd voor de Wiener Internationale
Gartenschau. Met zijn 252 meter is de toren het hoogste gebouw van Oostenrijk.
We zijn
onderweg met de bus naar Schönbrunn. Het bezoek betreft tevens een bezichtiging
van het paleis. Alleen fotograferen is ten strengste verboden. Dus zijn we
afhankelijk van de foto’s die op het internet te vinden zijn.
Schloss
Schönbrunn in Wenen is een
van de belangrijkste culturele erfgoederen van Oostenrijk. Het is sinds de
jaren 60 een van de drukstbezochte bezienswaardigheden in de hoofdstad.
Het paleis ligt in het westen van
de stad in de wijk Hietzing.
Tot 1642 stond hier
de Katterburg, een landgoed van de Weense burgemeester. De naam Schönbrunn
zou teruggaan naar keizer Matthias,
die hier tijdens de jacht een mooie bron gezien zou hebben. Tegenwoordig telt
het paleis 1441 kamers in alle soorten en grootten.
In 1996 werden paleis en tuinen door de UNESCO tot Werelderfgoed
verklaard.
Geschiedenis
In 1559 liet keizer Maximiliaan II een
klein jacht-slot bouwen dat in de tijd die volgde meerdere malen afbrandde en
uiteindelijk in 1683 tijdens het Beleg van Wenen door de Turken verwoest werd.
Dit was reden voor keizer Leopold I om de beroemde architect Johann Bernhard
Fischer von Erlach opdracht te geven tot de bouw van een nieuw paleis. In 1688
had Fischer von Erlach zijn plannen klaar en tussen 1692 en 1713 werd het, zij
het in gereduceerde vorm, uitgevoerd. Van deze bouw zijn slechts de slotkapel
en de Blaue Stiege met een dakfresco van Sebastiano
Ricci behouden.
Keizer Karel VI was niet geïnteresseerd in
Schönbrunn. Zijn dochter Maria Theresia maakte er echter de zomerresidentie van
de Habsburgers van, wat het tot 1918 zou blijven. In haar regeerperiode zou
het, onder leiding van Nikolaus von Pacassi ingrijpend worden verbouwd. Von
Pacassi leidde ook de verbouwing van de Hofburg. Ook het overgrote deel van de
inrichting van het paleis stamt uit deze periode en geldt als enige voorbeeld
van de Oostenrijkse rococo.
In 1765 neemt Johann Ferdinand Hetzendorf
von Hohenberg, een vertegenwoordiger van het vroege classicisme, de
bouwleiding. Zijn meeste bijzondere werk is de Gloriette. Tussen 1817 en 1819 wordt
de façade van het paleis in zijn beroemde Schönbrunn-geel geschilderd.
Een kleur die in de daaropvolgende honderd jaar een kenmerk zal zijn voor
Oostenrijk-Hongarije, en een voorbeeld zal blijken voor veel stations- en
regeringsgebouwen.
In een zijvleugel bevindt zich het
beroemde Slottheater. Naast optredens van Joseph Haydn en Wolfgang Amadeus
Mozart is het theater bekend als kweekvijver voor nieuw talent.
In 1945 werden het hoofdgebouw en een deel
van de Gloriette door geallieerde bommen beschadigd. Tijdens de bezetting van
Oostenrijk, door de vier geallieerde machten, werd het slot hoofdkwartier van
de Britten. Destijds begon ook de restauratie.
In 2004 volgde een renovatie van de
zuidzijde.
Tuin
Bij Schloss Schönbrunn bevindt
zich de Gloriette, een bouwwerk dat de slottuin afsluit. Ook veel gebouwen in
het slotpark zijn van de hand van Hetzendorf, zoals de bijzonder Romeinse
ruïne, de eerste kunstmatige ruïne van dit type. De sculpturen in het park
zijn grotendeels van Wilhelm Beyer en enkele van Franz Anton Zauner en Johann
Baptist Hagenauer.
Van grote betekenis voor de aanleg
van de tuinen van Schönbrunn is de Leidse hovenier Adriaan Steckhoven geweest.
Deze werd in 1753 - waarschijnlijk op aanraden van de eveneens uit Leiden
afkomstige dr. Gerard van Zwieten (leerling van de beroemde Boerhaave), die de
lijfarts was van keizerin Maria Theresia van Oostenrijk, benoemd tot directeur
van de tuinen van Schönbrunn.
Neptunus
Fontein
Een van de
hoogtepunten van Schönbrunn is de Neptunus Fontein (Neptunbrunnen), de meest
monumentale fontein in het park. Het werd in 1780 gebouwd door Franz Anton von
Zauner, een Oostenrijkse beeldhouwer. De barokke beeldengroep beeldt een
mythische scene uit waarin de zeegodin Thetis aan Neptunus vraagt te garanderen
dat haar zoon Achilles een veilige doortocht naar Troje zou krijgen.
Hierna volgt
de bezichtiging van Schönbrunn. De te bezichtigen kamers zijn gelegen op de
eerste verdieping. Gelet op het feit dat in het Slot niet gefotografeerd mag
worden, heb ik de gegevens aan de hand van het boekje Schönbrunn Palace en de
Nederlandse beschrijving van de rondtour zoveel mogelijk van het internet
overgenomen.
1 Kamer van de lijfwacht
1A Visgraatkamer
1B Buro van de vleugeladjudant
2 Biljartzaal
3 Walnotenhouten kamer
4 Werkkamer van Frans Jozef I
5 Slaapkamer van Frans Jozef I
6 Westelijk balkonkabinet
7 Stiegenkabinett
8 Toiletkamer
9 Gemeenschappelijke slaapkamer
10 Salon van keizerin Elisabeth
11 ,,Marie Antoinette“ kamer
12 Kinderkamer
13 Ontbijtkabinet
14 Gele salon
15 Balkonkabinet
16 Spiegelzaal
17 Grote Rosakamer
18 Tweede kleine Rosakamer
19 Eerste kleine Rosakamer
20 Lantarenkamer
21 Grote galerij
22 Kleine galerij
23 Ronde Chinese kabinet
24 Ovale Chinese kabinet
25 Carousselkamer
26 Ceremoniezaal
27 Paardenkamer
28 Blauwe Chinese salon
29 Vieux-laque-kamer
30 Napoleonkamer
31 Porseleinkamer
32 Miljoenenkamer
33 Gobelinsalon
34 Werkkamer van aartshertogin Sophie
35 Rode salon
36 Oostelijk balkonkabinet
37 Rijke kamer
38 Werkkamer van aartshertog Frans Karel
39 Salon van aartshertog Frans Karel
40 Jachtkamer
3e vertrek Walnoten kamer
De kostbare lambrisering
van walnotenhout, die met zijn versieringen van bladgoud en de wandtafeltjes
nog horen tot de originele rokoko-inrichting uit de tijd van Maria Theresia,
geeft zijn naam aan dit vertrek. De kroonluchter stamt uit de 19de eeuw. Hier
hield Frans Jozef audiëntie. Men kwam naar de keizer, om hem te bedanken voor
een onderscheiding, om een verzoek in te dienen, of om zich voor te stellen,
nadat men een officiële aanstelling had gekregen. Frans Jozef ontving zo'n 100
personen op een ochtend. Hij was bekend om zijn opmerkelijk geheugen - nooit
vergat hij een naam of een gezicht, dat hij een keer had gezien. De audiënties,
die door de keizer met een licht knikken van het hoofd werden beëindigd,
duurden normaal slechts enkele minuten.
Frans Jozef
besteeg al op 18-jarige leeftijd de troon van het Keizerrijk Oostenrijk. Zijn
dagelijkse werktaak was enorm - zijn werkdag begon al voor 5 uur ‘s ochtends en
hij bracht de hele dag door aan zijn schrijftafel, die u rechts ziet staan;
hier bestudeerde hij de dossiers en liet hij zijn ontbijt en middageten
serveren. Zo speelde zich het leven van de “eerste ambtenaar van de staat"
grotendeels af aan deze schrijftafel. De keizer vond een kostbare inrichting
van zijn privé vertrekken niet belangrijk, hij nam genoegen met portretten en
foto’s van zijn familie en met geschenken van zijn kinderen en kleinkinderen.
Eén van de
beide grote portretten toont ons Frans Jozef op 33-jarige leeftijd, het andere
zijn gemalin Elisabeth, de, onder haar bijnaam "Sisi" tot mythos
gewordene, keizerin.
In 1854
trouwde Frans Jozef met zijn nicht Elisabeth, die toen net 16 jaar oud was. Dit
vertrek werd, naar aanleiding van hun huwelijk, als gemeenschappelijke
slaapkamer ingericht. Frans Jozef heeft zijn vrouw zijn leven lang verafgood -
of deze gevoelens op gelijke wijze werden beantwoord, moet helaas worden
betwijfeld.
Elisabeth
keurde van begin af aan de strenge hofetiquette af en ontwikkelde zich in de
loop der jaren tot een zelfbewuste vrouw. Zij leidde een eigen, onafhankelijk
leven met lange reizen en was nog nauwelijks in Wenen aan te treffen. In
september van 1898 werd de keizerin op 61-jarige leeftijd in Geneve met een
vijl vermoord door de Italiaanse
anarchist Luigi Lucheni.
Dit vertrek
diende als zaal voor maaltijden in familiekring. De familiediners volgden de
strenge hofetiquette - de tafel was altijd feestelijk versierd, in het midden
stonden vergulde opzetstukken, versierd met bloemen, fruit en pralines. Bij officiële
diners werden Franse gerechten geserveerd; bij familiediners gaf Frans Jozef de
voorkeur aan gerechten uit de Weense keuken, zoals wiener schnitzel, rundvleesgoulash,
tafelspitz of de beroemde kaisersch-marren. Om de gerechten altijd vers en warm
te kunnen serveren, werden ze vanuit de hofkeukens in verwarmde kisten naar de
desbetreffende vertrekken gebracht en in een aangrenzend vertrek met kolen -
later op gasrechauds - warm gehouden. De keizer zat in het midden van de tafel,
tegenover hem, indien aanwezig, de keizerin. Omdat Elisabeth echter vaak een
vastenkuur volgde, om haar slanke figuur te houden, nam zij slechts zelden aan
deze gemeenschappelijke maaltijden deel. Familiediners begonnen meestal om 6
uur ‘s avonds en bestonden uit 3 tot 6 gangen. Het servies op deze tafel, die
waarheidsgetrouw is gedekt, is in bruikleen van de voormalige “Hoftafel- en
Zilverkamer" in de Weense Hofburg, waar ook nu nog een grote verzameling
aan kleinoden van porselein en zilver van de toenmalige keizerlijke huishouding
tentoongesteld wordt. Behalve het persoonlijke serviesgoed van keizerin Elisabeth
vindt u daar ook het gouden privéservies van Maria Theresia en nog veel meer.
De
spiegelzaal diende onder Maria Theresia als zaal voor festiviteiten in
huiselijke kring, o.a. voor kleine concerten Hier speelde in 1762 de 6-jarige
Mozart zijn eerste concert in bijzijn van de keizerin. Na het concert - schreef
aldus de trotse vader – is ,,Wolferl op de schoot van Hare Majesteit gesprongen
en heeft haar omhelsd en uitbundig gezoend.“
De grote
galerij, het hart van het slot, werd door de keizerlijke familie benut voor
bals, ontvangsten en galadiners. Met een lengte van meer dan 40 meter en een
breedte van bijna 10 meter vormde de grote galerij de ideale omlijsting voor
feesten aan het
hof. Dankzij
de spiegels van kristal, de vergulde stucversieringen en de fresco’s aan het
plafond is de zaal een pronkstuk van de rococo. De fresco’s, een loflied op de
heerschappij van Maria Theresia, stammen van
de Italiaanse schilder Gregorio Guglielmi. In het middelste zitten Frans Stefan
en Maria Theresia op hun troon, omringd door personificaties van de deugden van
een heerser. Rondom deze centrale groep zijn de kroonlanden met hun rijkdommen
afgebeeld. De beide grote, vergulde luchters van houtsnijwerk waren elk
voorzien van 70 kaarsen , voordat in het paleis in 1901 elektrisch licht werd geïnstalleerd.
Sinds het einde van de monarchie wordt de grote galerij ook gebruikt voor
concerten; in 1961 vond hier de historische ontmoeting plaats tussen de
presidenten Kennedy en Chroestjov.
ln deze zaal
vonden onder Maria Theresia kleine ceremoniële plechtigheden, naar aanleiding
van een doop of een huwelijk, plaats. De schilderijencyclus aan de muren laten
de feestelijkheden, naar aanleiding van het huwelijk van haar oudste zoon en
opvolger, Jozef ll met de Bourbonse prinses, Isabella van Parma, zien. Het
grootste schilderij, links, toont de intocht van Isabella met een gevolg van 98
koetsen, waarbij alle aanwezige gasten - de gehele Europese hoge aristocratie
- te herkennen zijn aan hun familiewapens op de koetsen Tussen al deze
schilderijen hangt het, misschien wel, bekendste portret van
Maria Theresia. De ,,eerste dame van Europa“ presenteert zich hier in een
kostbaar gewaad van Brabants kant.
De blauwe,
Chinese salon werd aan het begin van de 19de eeuw ingericht met de huidige
wandbekleding van , met de hand beschilderd rijstpapier, uit de 18de eeuw. U
bevindt zich hier in een, historisch gezien, zeer belangrijke zaal: hier werden
de verhandelingen gevoerd, die ertoe leidden, dat op 11 november 1918 de
Iaatste keizer, Karel I, afstand moest doen van zijn regeringsbevoegdheid. De
dag erop werd de republiek uitgeroepen en daarmee kwam een einde aan de
heerschappij van de Habsburgers, die meer dan 600 jaar had geduurd. Karel wilde
echter niet afdanken en werd uiteindelijk met zijn gezin verbannen. Hij stierf
in 1922 , pas 35 jaar oud, op Madeira; zijn vrouw Zita stierf in 1989 en werd
als laatste keizerin van Oostenrijk bijgezet in de
keizerlijke crypte in Wenen.
De vieux
laque kamer werd na de plotselinge dood van haar geliefde gemaal, Frans Stefan,
in 1765, door Maria Theresia tot herdenkingskamer omgebouwd. Zwarte lakpanelen,
die uit Peking stammen, werden in de notenhouten lambrisering aangebracht en
voorzien van vergulde omlijstingen. Maria Theresia heeft vanaf dat tijdstip
alleen nog maar rouwkleding gedragen. In haar gebedenboek vond men na haar dood
een brieje, waarop zij de gelukkige tijd van haar huwelijk tot aan het aantal
uren heel nauwkeurig had genoteerd. Let u op de portretten, die door Maria
Theresia speciaal voor deze herdenkingskamer in opdracht werden gegeven. In het
midden ziet u Frans I Stefan, geschilderd door Pompeo Batoni. Van dezelfde
schilder stamt ook het dubbel portret van Jozef ll en zijn broer Leopold, dat
in 1769 in Rome tot stand kwam. Jozef staat naast de tafel, waarop een
exemplaar van Montesquieu's ,,L'esprit des |Lois“ ligt, één van de
belangrijkste werken van de Verlichting, en dat de beslissingen
van de jonge keizer sterk beïnvloedden.
U staat nu
in het kostbaarste vertrek van het paleis, de zogenaamde miljoenenkamer. Het
heeft deze naam te danken aan de lambrisering van zeer zeldzaam rozenhout,
waarin lndo-perzische miniatuurtjes zijn aangebracht Deze miniatuurtjes laten scènes
zien uit het privé- en hofleven van de Mogulheersers in India in de 16de en 17de
eeuw. Ze werden door Ieden van de keizerlijke familie in stukken gesneden en in
een soort collage tot nieuwe composities verwerkt. Aan weerskanten van het
vertrek zijn spiegels van kristal geplaatst, zodanig, dat
zij de illusie van oneindigheid “voorspiegelen".
De
portretten in dit vertrek tonen ons keizers vanaf het einde van de 18de eeuw :
Maria Theresia’s zoon Leopold ll, die Jozef II opvolgde; naast hem zijn zoon
Frans, de laatste keizer van het Heilige Roomse Rijk. In 1806 werd hij, ten
gevolge van de Napoleontische oorlogen, gedwongen, dit rijk te ontbinden en het
Keizerrijk Oostenrijk uit te roepen. Zo werd uit Frans lI, de laatste
Rooms-Duitse keizer, Frans l., de eerste keizer van Oostenrijk. De Habsburgse
traditie volgend, huwelijkte Frans ll/I zijn eerste dochter, Marie Louise, uit
aan Napoleon; zijn tweede, Leopoldine, aan de keizer van Brazilië. Op de
schildersezel ziet u een portret van haar. De volgende portretten zijn die van
keizer Ferdinand I. en zijn gemalin Maria Anna. Ferdinand was de oudste zoon
van Keizer Frans en werd in de volksmond Iiefdevol ,,Ferdinand de goedmoedige“
genoemd. Hij leed aan epilepsie en was niet in staat om te regeren. De
eigenlijke heerser van
de Oostenrijkse monarchie in deze periode was Staatskanselier Metternich, ook
de “koetsier van Europa" genoemd, die met veel behendigheid en diplomatie
de Europese politiek leidde.
Met de
bezichtiging ten einde gaan we richting bus.
De collectie, van het
Kunsthistorisch Museum, schilderijen richt zich
op de oude meesters
uit de vroegrenaissance,
hoogrenaissance,
noordelijke renaissance,
maniërisme
en barok
van de 15e tot de 18e eeuw, en volgt grotendeels de persoonlijke smaak van de
Habsburgse verzamelaars. Sterk vertegenwoordigd zijn de Venetiaanse schilders zoals Titiaan, Veronese, Tintoretto
en Canaletto.
Daarnaast zijn er werken van 16e-eeuwse Vlaamse
schilders zoals Pieter Bruegel de Oude
(één derde van al zijn schilderijen) en Duitse schilders uit dezelfde periode,
zoals Dürer.
Er is ook een uitmuntende verzameling van Vlaamse en Nederlandse schilders uit
de Barok zoals Rubens
en Van Dyck.
Ook heeft het museum diverse schilderijen van Diego Velázquez.
De schilderijen zijn grofweg
ingedeeld naar regionale scholen of stijlen, hoewel de categorieën elkaar soms
ruim overlappen.
Maria-Theresien-Platz is een groot openbaar plein in Wenen
, Oostenrijk, dat de naden Ringstraße met het Museumsquartier , een museum voor
moderne kunst gevestigd in het voormalige keizerlijke stallen. Tegenover elkaar aan de zijkanten van het plein zijn twee
bijna identieke gebouwen, het Naturhistorisches Museum (Natural History Museum)
en het Kunsthistorisches Museum (Art History Museum). De gebouwen zijn in de
buurt identiek, met uitzondering van de beeldhouwwerken op hun gevels. gevel van het Naturhistorisches 'heeft standbeelden beeltenis
personificaties van Afrika, Azië, Europa en de Amerika's. Het Kunsthistorisches gevel is voorzien van beroemde Europese
kunstenaars, zoals de Nederlandse Bruegel, onder anderen. Het Naturhistorisches
Museum en het Kunsthistorisches Museum en het plein aangrenzende ze werden
gebouwd in 1889. In het midden van het plein staat een groot standbeeld
beeltenis van keizerin Maria Theresa , naamgever van het plein.
Een enorme
trap, met een rode loper, domineert het museum. Het leidt ons naar de eerste
verdieping. Vandaar krijgen we een kijkje naar het ronde plafond.
Een levensgrote “kast”
ter aankondiging van de Tentoonstelling van de Verjaardag van het
Kunsthistorisch Museum (KHM).
Viering!
125 jaar - de
Tentoonstelling van de Verjaardag
In 2016 viert het Museum Kunsthistorisches
zijn 125Th verjaardag. Om deze verjaardag te herdenken ontvangen wij
(KHM) een belangrijke speciale tentoonstelling op vieringen en festiviteiten
met kunstwerken van al onze inzamelingen evenals belangrijke leningen van
nationale en inter-nationale inzamelingen, onder hen „Gallinaciega van La“ van
Goya van Prado, en een ontwerper-uitrusting door Alexander McQueen van het
Museum V&A in Londen.
De tentoonstelling concentreert zich op
vieringen en hoe zij in tijd evolueerden; het bekijkt diverse aspecten van Europese
festiviteiten van de Renaissance tot de Franse Revolutie - bij hof, in steden
en steden, en in het land. De festiviteiten merken altijd een staat van
uitzondering waarin de normale regels tijdelijk niet van toepassing zijn. Het
hoofse banket met zijn praal en omstandigheid, die het dansen en muziek
omvatten, vormt het centrum van de show; andere secties kenmerken
uit-van-deurenvieringen aan tekenkroningen, huwelijken of geboorten maar ook
opgevoerd tijdens Carnaval, kerkmarkten of op marktdagen.
Nooit
geweten dat het vak van een toerist zo vermoeiend zou zijn. Of misschien zijn
de schilderijen slaapverwekkend.
Martelaarschap van het Tienduizendtal, bij bekende Duitse als Zehntausend Marter der Christen, is een beeld van de schilder Duitse Albrecht Dürer (Albrecht Dürer). Het werd gemaakt in 1508 . Het is een olieverfschilderij op doek , het meet van 99 cm hoog en 87 cm breed. Het wordt bewaard in het Museum van de Geschiedenis van de Kunst in Wenen , Oostenrijk .
Frederik
de Wijze heeft
opdracht gegeven dit werk voor de ruimte waarin de vermeende behouden overblijfselen van de tienduizend martelaren in Wittenberg . Het beeld in eerste instantie
geeft de indruk van een foto boek met een aandoening van
gekleed en naakt cijfers. Ook het landschap met bomen en gedraaide vormen van
een soortgelijke jungle vegetatie, is ongebruikelijk in Dürer.
Wat de tienduizend martelaren vertegenwoordigd,
wordt opgemerkt dat kan verwijzen naar twee verschillende episodes van martyrology Roman . De 18 maart dood wordt gevierd Nicomedia tienduizend martelaren als een gevolg van de vervolging van Diocletianus . Zijn oorsprong is in een oude martyrology Griekse , vertaald door kardinaal Sirleto ( 1514 - 1585 ) en gepubliceerd door Henricus
Canisius . Er is een tweede groep van 10.000
martelaren. De 22 juni dood van tienduizend soldaten herdacht gekruisigd door Koning Perzische Shapur
II op de berg Ararat in de tijd van de Romeinse keizers Hadrianus en Antoninus
Pius . De oorsprong is een legende die zegt dat vertaald van een Grieks
origineel onbekende vandaag Anastasio
de Librarian in
de negende eeuw.
Dürer werk lijkt te verwijzen naar dit tweede
legende, met elementen orientalizantes in de beulen , niet Romeinen.
In de tabel van 140 cijfers, iets zeer
zeldzaam in Dürer, wiens samenstellingen veel lager aantal tekens. Deze mensen worden onderworpen aan
verschillende vormen van marteling en executie . In een gebied bergachtig , Perzen gooien christenen vacuüm. Elders, ze doden een christelijke
neersteken een participatie in het lichaam. Aan de linker kant zie je een
ander zal worden uitgevoerd snijden
zijn hoofd met
een kromzwaard .
Spanningen in het centrum van de compositie,
de zelf - portret door Dürer, die in de handen een soort banner draagt, dat is eigenlijk een cartellino waarop het werk gesigneerd en gedateerd:
"Dit werk werd in 1508 gedaan door Albrecht Dürer , Duits ". Zijn metgezel is geïdentificeerd als
humanist Conrad Celtis , waardoor het overbrengen van het idee van
gelijkheid tussen beeldende kunst en intellectuele activiteit van denkers als
Celtis wordt neergezet.
In Parijs schilderde hij 1886-1890 en de 100-square-foot
plafondschildering voor het trappenhuis van het Kunsthistorisches Museum (
"Apotheose van de Renaissance") die vóór verzending naar Wenen Parijs
(Ere 50.000 gulden) werd uitgegeven, en 1891-1893 de plafondschildering
"Hongaarse verovering" voor het Parlement van Boedapest (1896
deelname aan de lokale Millennium viering).
Munkácsy Apotheose van de Renaissance
lijkt een Renaissance -gebouw met een koepel die opent naar de hemel. In een loggia is paus te zien, met inbegrip van Michelangelo
, Leonardo da Vinci en Raphael . Titiaan gegeven schilderlessen, op een steiger
is Paolo Veronese getoond staan tijdens het schilderen. In zweven gepersonaliseerde voorstellingen van eer en glorie
van de kunsten - Fama en Gloria.
Vanaf het Kunsthistorisch Museum gaan we op weg naar de Donauturm. De
Donauturm staat in het Donaupark, ontstaan door de kanalisatie van de Donau.
De Donauturm is een uitkijktoren in Wenen. De toren staat in het midden
van het Donaupark. De toren is van 1962 tot 1964 gebouwd voor de Wiener
Internationale Gartenschau. Met zijn 252 meter is de toren het hoogste gebouw
van Oostenrijk.
Uitzichtterras
Uitzichtterras
Op 150 meter hoogte hangt rondom
de toren een uitzichtsplatform dit terras is dankzij een snelle lift in 8
seconden bereikbaar. Vanaf het platform is het uitzicht over Wenen en de
omgeving bij een heldere dag waanzinnig. Het terras is elke dag tot 24.00
uur geopend, want ook ’s avonds is het uitzicht een absolute highlight. Het
terras is trouwens rondom voorzien van een glazenwand, zodat het terras ook bij
slecht weer toegankelijk is.
Gezicht op UNO-City. Stad van de Verenigde Natie bestaat in
werkelijkheid uit drie gebouwen in Y-vorm, ontworpen door de architect Johann
Staber. Zij opende hun deuren in 1979. Wenen is een van de vier steden met
vestigingen van de VN-kantoren, een eer die wordt gedeeld met New York, Genéve
en Nairobi.
De kerk aan de linkerkant van de Reichsbrücke is de St. Franciscus van
Assisikerk. Ietwat rechts daarvan is het pretpark de Prater. In de Donau liggen
de River-cruise boten te wachten voor hun plezierreizen.
Een
vergezicht over de stad aan de kant van de Oude Donau. De Alte Donau
is een hoefijzermeer van de Donau in Wenen . Het
is orografische links (noordoosten) van de Donau main stream en de Nieuwe
Donau en wordt niet langer direct verbonden met hen, maar gescheiden door
een dam. Het bestaat uit twee verschillende
delen die aan elkaar zijn verbonden. The Upper
Old Donau strekt zich uit van de Floridsdorf Bridge naar de Kagraner brug
die Lower Old Donau van Kagraner brug naar de Prater Bridge . Aan het noordwesten einde is de Floridsdorfer waterpark. Net
over de Alte Donau is een stuk agrarisch gebied dat over enkele jaren duizenden
wooneenheden gebouwd gaan worden.
Genieten
van het eten en mooie uitzicht vanaf de toren.
Met rechts de Brigittenauer Brücke. In het midden van het vergezicht is de toren van de
stadsverwarmingcentrale, ontworpen door Hundertwasser.
Twee high-speed liften vervoeren passagiers
naar de toren uitkijkplatform op 150 meter (490 voet). Elke
lift, het dragen van maximaal 14 passagiers, duurt slechts 35 seconden om de
observatie-platform te bereiken. Bij sterke wind, de liften
reizen dan op slechts halve snelheid vanwege de mogelijke schommelingen van de
toren: de beweging van de liftkabel kan gevaarlijk zijn. Door
te lopen ongeveer 779 stappen (775, volgens de architecten Lintl), kan het
platform ook te voet worden bereikt. De trappen zijn echter
meestal alleen toegankelijk tijdens de jaarlijkse Donauturm run, of in geval
van nood.
Weer op weg naar het hotel. Een dag vol van
belevenissen en dankzij het mooie weer een dag waarvan wij hebben genoten.
Morgen wacht ons een excursie door het
Wienerwald.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten