Redelijk bijtijds opgestaan. Heerlijk ontbeten en na het ontbijt de koffer ingpakt. Vandaag reizen we weer verder. Uitgecheckt en in Strahan koffie gedronken.
Iets wat ons zal blijven verbazen, is dat bij het verlaten van het restaurant Gerard werd aangesproken door de eigenaar van Anchor Down. Ik had vergeten te checken of we alles mee hadden genomen. Ik had mijn vest aan de deur van de slaapkamer gehangen en deze glad vergeten. de eigenaar wist dat we op weg waren naar het station, zag de auto van Gerard bij het restaurant staan en gaf Gerard mijn vest.
Ingestapt en op weg naar het station.
Gerard en Dineke zetten ons af bij het station van Strahan, Regatta Point. De treinreis volgt voor een groot gedeelte de King River. Na het station Dubbil Barril gaat het naar het noorden, om bij de Queen River richting Queenstown te rijden. Bij het station in Strahan, staat het treinstel klaar voor de reizigers. De diesellock zal het eerste gedeeelte van de reis de rijtuigen naar Dubbil Barril brengen.
Gerard en Dineke gaan ons op het station uitzwaaien.
Onderweg komen we langs mooie plekjes.
De rijtuigen zijn erg mooi ingericht. Net zo als in vroeger tijden.
Lower Landing is het eerste station dat de trein aandoet.
Op het station is een expositie over de bijenteeld en het maken van de honing.
Met op de achtergrond de waterbak voor de stoomlocomotief, genietend van een verfrissend drankje.
Onderweg zien we de restanten van de oude spoorbrug.
In Dubbil Barril wordt de diesel locomotief verwisseld met de stoom locomotief. Van de tijd van de verwisseling wordt gebruik gemaakt om de lunch te serveren. De locomotief, oorspronkelijk gebouwd in Glasgow in 1896 en herbouwd in 2010, door de West Coast Wilderness Railway in Queenstown, zal de rest van reis naar Queenstown rijden.
Op een draaischijf worden de beide locks gedraait,
De dieselloc gaat dan weer terug naar Strahan en de stoomloc zal verder gaan naar Queenstown.
Op het perron wordt vermeld welke trein in welke richting zal gaan.
Onderweg zien we een van de vele, mooiste plekjes van Tasmaniƫ.
De volgende stop is het station Rinadeena Saddle.
Hier moet de stoomlocomotief water innemen voor de ketel.
In Rinadeena Saddle is nog een overblijfsel van een mijn te bezichtigen.
Het water van de rivier werd gebruikt om het koper te filteren. Dit had tot gevolg dat er een ernstige vervuiling van de grond plaats vond. De grond verzuurde zodanig dat er niets meer wilde groeien en de rivierbedding oker kleurde. Wetenschappers denken dat de rivier zo'n vier honderd jaar nodig heeft om te herstellen.
In het station van Queenstown worden we opgewacht door Gerard en Dineke.
Gea heeft in het station nog even een petje met een klep gekocht, zodat ze wat minder last van de zon heeft. We worden voor een bord met een foto van de trein door Gerard en Dineke op de gevoelige plaat gezet.
Bij de kopermijn van Gormanston stoppen we even voor wat foto's.
Aan de kleur van het water en de waterkant kun je nog zien dat er koper in de grond zit.
In de verte zien we de berg met de bijnaam "Frenchman Cap".
We zijn verder gereden naar Franklin-Gordon Wild Rivers National Park. Daar een wandeling gemaakt naar de waterval. Er komt niet zoveel water naar beneden. Volgens Gerard zweet de waterval maar een beetje.
We komen dan aan bij onze overnachtingsplaats. Derwend Bridge Wilderness Hotel.
In de grote hal is een enorme openhaard gebouwd om de ruimte te verwarmen.
In deze zelfde ruimte is tevens het eetgedeelte en het gedeelte voor het ontbijt.
Na het eten gaan we nog even een stukje wandelen. Tegenover het hotel treffen we een egel aan die, zodra hij de reuring bemerkt, in de grond gaat graven.
We gaan nog opzoek naar andere dieren in het bos, maar deze laten zich niet zien.
Dus gaan we naar onze kamer en zien morgen wel weer verder.